Hoofdstuk drie: Tirannie in het Oosten

Inhoudstafel

Inleiding

1. De opkomst van het totalitaire communisme

2. De wreedheid van het communistische bewind

3. Een eeuw van moorden

Referenties

****

Inleiding

Een eeuw is verstreken sinds de communistische partij de macht greep in de Sovjet-Unie. Volgens gegevens verzameld door het Amerikaanse Congres, zijn communistische regimes verantwoordelijk geweest voor de dood van tenminste honderd miljoen mensen. [1] The Black Book of Communism geeft een gedetailleerd overzicht van deze geschiedenis van moorden, op basis van documenten die zijn vrijgegeven door de regeringen van landen in de voormalige Sovjet-Unie en Oost-Europa, alsook verslaglegging over de slachtoffers van communistische politieke campagnes in China, Noord-Korea en andere communistische landen. [2]

Het communistische totalitarisme wordt vaak vergeleken met dat van de nazi’s tijdens de Tweede Wereldoorlog. Hoewel er veel parallellen zijn tussen de twee, wordt één cruciaal verschil vaak over het hoofd gezien: De nazi’s pleegden genocide, maar het uiteindelijke doel van het communisme gaat nog verder dan fysieke slachting.

Gelovige mensen beschouwen het fysieke overlijden niet als iemands ware dood, omdat zij geloven dat de ziel naar de hemel gaat of opnieuw geboren wordt in de cyclus van reïncarnatie. Voor het communisme is doden een middel om de morele grondslagen van de mensheid te vernietigen; het beoogt niet alleen het fysieke lichaam te doden, maar ook de ziel.

Communistische regimes zijn erop gericht de ergste wreedheden te begaan. Zij hebben de neiging de meest meedogenloze en gewetenloze leiders uit te kiezen en voeren ook in eigen rangen intensieve politieke zuiveringen door. Het is voor velen moeilijk de beweegredenen te begrijpen achter de barbaarsheid waarmee communistische partijen hun eigen kaderleden te lijf gaan, vooral wanneer het gaat om diegenen die worden vervolgd enkel en alleen omdat zij op bepaalde punten van mening afwijken, terwijl zij voor het overige volledig loyaal zijn aan de partij en haar leiderschap. Een van de redenen is dat het communistische spook, in zijn rebellie tegen het goddelijke en de mensheid, een instinctieve angst heeft dat zijn ondergang altijd om de hoek ligt. Om zichzelf te versterken, heeft het spook individuen nodig die geen rekening houden met wat moreel juist of fout is. Deze individuen worden geïdentificeerd door hun vermogen tot wreedheid tijdens massamoorden, en hun verheffing tot posities in de partijleiding stelt het spook ertoe in staat de bestendiging van zijn aardse tirannie te verzekeren.

In 1989 werden de functionarissen van de Chinese Communistische Partij die weigerden deel te nemen aan het bloedbad van 4 juni op het Plein van de Hemelse Vrede gezuiverd of werd hun promotie ontzegd. Jiang Zemin, die tijdens het bloedbad blijk gaf van zijn wreedheid, werd bevorderd tot leider van de CCP. Nadat Jiang in 1999 was begonnen met de vervolging van Falun Gong, bevorderde hij functionarissen als Luo Gan en Zhou Yongkang tot hoge functies, omdat zij tijdens de vervolging hadden aangetoond in staat te zijn tot het begaan van de meest wrede misdaden.

Een ander motief om te moorden is deelnemers te rekruteren uit de samenleving, zoals tijdens de Culturele Revolutie gebeurde. Door te midden van de chaos moorden en andere misdaden te plegen, werden deze mensen medeplichtig aan de wreedheid van de CCP, en de meest wrede daders werden de trouwste volgelingen van de partij. Zelfs vandaag nog hebben veel voormalige Rode Gardisten die tijdens de Culturele Revolutie aanslagen en moorden hebben gepleegd, geen berouw over de gebeurtenissen uit hun jeugd.

Bovendien terroriseert de Communistische Partij, door haar slachtoffers openlijk en opzettelijk te doden, de bevolking tot gehoorzaamheid.

Door de geschiedenis heen hebben heersers en tirannen gedood omdat ze meenden dat dit nodig was om hun macht of hun rijk veilig te stellen door een vijand te verslaan. Communistische partijen kunnen echter niet zonder vijanden. Zelfs als er geen vijanden zijn, moeten die worden verzonnen om het moorden voort te zetten. In een land als China, met zijn lange geschiedenis en rijke cultuur, zou het communisme zijn doelen niet kunnen bereiken zonder voortdurend te moorden. Het Chinese volk, doordrenkt van een cultureel erfgoed van 5000 jaar, geloofde in en vereerde het goddelijke. Zij zouden niet buigen voor de wil van de barbaarse en godslasterlijke CCP tenzij zij met geweld werden onderdrukt. Het fundamentele middel van de Partij om haar heerschappij te handhaven, zoals geleerd uit de Sovjet-proefperiode, is door middel van massamoord.

1. De opkomst van het totalitaire communisme

Het startpunt van het communisme, de belichaming van een kwaadaardig spook, kon niet anders dan oneervol zijn. Nadat Karl Marx had verkondigd dat “een spook door Europa waart – het spook van het communisme”, richtten bandieten en schurken de Parijse Commune op en verwoestten de Franse hoofdstad en haar ongeëvenaarde kunst- en cultuurwerken. Later grepen de communistische partijen in Rusland en China de macht door middel van verachtelijke daden van samenzwering en bloedvergieten.

De marxistische theorie en de verschillende ideologische traktaten van de communistische regimes staan bol van de beloften dat zij de belangen van de proletarische arbeiders en boeren zullen steunen en behartigen. Maar in de praktijk wordt de arbeidersklasse snel verraden en ondergaat zij de ergste misbruiken onder het communisme.

a. De machtsovername door de Sovjet-communisten

In februari 1917, toen het Russische Rijk terrein verloor aan de Duitse en Oostenrijks-Hongaarse strijdkrachten in de Eerste Wereldoorlog, dreven voedseltekorten en verslechterende arbeidsomstandigheden de Russische industriële arbeiders tot een staking. Terwijl de onrust zich over het land verspreidde, werd tsaar Nicolaas II gedwongen af te treden en werd de Russische Voorlopige Regering opgericht om het land te besturen tot er democratische verkiezingen konden worden gehouden.

Maar op 7 november 1917 – of 25 oktober volgens de traditionele Juliaanse kalender – lanceerde een groep communistische revolutionairen onder leiding van Vladimir Lenin een gewapende opstand in de Russische hoofdstad Petrograd (het huidige Sint-Petersburg). In wat bekend staat als de Oktoberrevolutie, wierp Lenins Bolsjewistische Partij de voorlopige regering omver en vestigde ‘s werelds eerste communistische regime.

Nog geen drie weken later, tijdens de democratische verkiezingen voor de Grondwetgevende Vergadering, won de Partij van Socialistische Revolutionairen een meerderheid van de nationale stemmen en een meerderheid van de zetels. De bolsjewieken haalden minder dan 25% van de stemmen en slechts een handvol afgevaardigden.

Na deze tegenslag maakte Lenin korte metten met zijn eerdere belofte om de uitslag van de verkiezingen te respecteren. Toen de Grondwetgevende Vergadering op 18 januari 1918 in Petrograd bijeenkwam, verklaarde Lenin de vergadering tot vijand van het volk. De bolsjewieken, die zich van tevoren hadden voorbereid op de afkondiging van de staat van beleg en de overheidsadministratie van de Voorlopige Regering hadden overgenomen, mobiliseerden troepen om de vergadering met geweld te ontbinden, waardoor het democratische proces in Rusland teniet werd gedaan.

Net als de Russische Marxistische beweging zelf, was Lenins opkomst niet helemaal een Russisch fenomeen. Ondanks het einde van het tsaristische bewind bleef Rusland in de oorlog vechten aan de zijde van Frankrijk en Groot-Brittannië tegen de door Duitsland geleide Centrale Mogendheden. Omdat hij dacht dat de Bolsjewieken Rusland in een politieke chaos konden storten – en zo een grote bedreiging van het Duitse oostfront konden wegnemen – zorgde keizer Wilhelm II ervoor dat de verbannen Lenin via Duitsland en Zweden veilig naar Rusland kon terugkeren, naar Finland, dat in die tijd deel uitmaakte van het Russische Rijk. Wilhelm II voorzag Lenin ook van geld, wapens en munitie. Tegen het einde van de Eerste Wereldoorlog hadden de bolsjewieken minstens 50 miljoen mark van Duitsland ontvangen. [3]

Winston Churchill had het volgende te zeggen over de rol van Duitsland in Lenins terugkeer: “Ze gebruikten het meest gruwelijke wapen tegen Rusland. Ze vervoerden Lenin in een verzegelde vrachtwagen als een pestbacil van Zwitserland naar Rusland.” [4]

De Oktoberrevolutie, en de daaropvolgende Leninistische machtsovername, was de oorsprong van alle gewelddadige communistische bewegingen in de hele wereld in de twintigste eeuw. Zij gaf de aanzet tot de internationale opkomst van het communisme en de talloze catastrofes die daarop volgden.

Onmiddellijk nadat zij de macht hadden overgenomen van de Grondwetgevende Vergadering, keerden de Bolsjewieken zich tegen de Russische arbeiders, die zich begin 1918 als eersten verzetten tegen de communistische dictatuur. Tienduizenden arbeiders uit Petrograd en Moskou hielden parades en demonstraties om te protesteren tegen de ontbinding van de democratisch verkozen vergadering. Bolsjewistische soldaten traden met dodelijk geweld op tegen de onrust, waardoor de straten van de stad gevuld werden met het bloed van de arbeiders.

De grootste vakbond van het land, de Russische Nationale Unie van Spoorwegarbeiders, kondigde een staking aan als protest tegen de Bolsjewistische staatsgreep en kreeg daarbij de brede steun van vele andere vakbondsorganisaties. De Bolsjewieken sloegen de staking neer met hun strijdkrachten, net zoals zij hadden gedaan tegen de arbeiders van Petrograd en Moskou. De Russische Nationale Unie en andere onafhankelijke vakbonden werden vervolgens verboden.

In maart 1918 herdoopten de Bolsjewieken zich tot de Russische Nationale Communistische Partij. (In 1925, na de oprichting van de Unie van Socialistische Sovjetrepublieken in 1922, werd de partij opnieuw omgedoopt tot de Communistische Partij van de Unie. Tenslotte werd zij in 1952 formeel de Communistische Partij van de Sovjet-Unie). De overgebleven vakbondsorganisaties werden geleidelijk onder de controle van de Communistische Partij geplaatst.

In de zomer van 1918 kampte Rusland met een enorm voedseltekort als gevolg van de voortdurende burgeroorlog tussen verschillende communistische facties (waaronder de bolsjewieken), regionale onafhankelijkheidsbewegingen en de Witte Beweging, geleid door anticommunistische Russische militaire officieren. In juni, toen het land op de rand van hongersnood stond, stuurde Lenin Jozef Stalin naar Tsaritsyn om graan in beslag te nemen uit het Wolga-bekken, van oudsher een graanschuur van de Russische landbouw.

De tirannie van de Communistische Partij riep verzet op bij de boeren. In augustus 1918 kwamen boeren in de regio Penza gewapend in opstand, waarna de opstand zich snel uitbreidde naar de omliggende gebieden. De Partij stuurde troepen om de opstanden te onderdrukken, en Lenin stuurde een telegram naar de bolsjewieken van Penza:

  • Hang (en zorg ervoor dat de ophanging in het volle zicht van het volk gebeurt) niet minder dan 100 bekende landheren, rijke mannen, bloedzuigers op.
  • Maak hun namen bekend.
  • Neem al hun graan in beslag.
  • Wijs gijzelaars aan volgens het telegram van gisteren.

Doe het op zo’n manier dat honderden kilometers in de omtrek de mensen het kunnen zien, ervoor beven, ervan weten, het uitschreeuwen. … [5]

In de lente van 1919 staakten uitgehongerde arbeiders in steden in heel Rusland verschillende keren om dezelfde rantsoenen te eisen als de soldaten van het Rode Leger, evenals het recht op vrije meningsuiting, democratische verkiezingen en de afschaffing van politieke privileges voor de communisten. Al deze bewegingen werden afgehandeld door de geheime politie van de Tsjeka (de voorloper van de KGB), die de arbeiders gevangen zette of doodschoot.

Tambov, ten zuidoosten van Moskou, was vóór de Oktoberrevolutie één van de rijkste provincies van Rusland. Nadat de Sovjet-Unie “graanopvorderingsteams” had gestuurd om de voorraden in de regio in beslag te nemen, vormden meer dan vijftigduizend boeren uit Tambov plaatselijke milities om tegen de opvorderingsteams te vechten, in wat bekend is geworden als de opstand van Tambov. In juni 1921 gaf het Sovjet regime militaire commandant Mikhail Tukhachevsky toestemming om de boeren met gifgas te bestrijden. [6] Het gebruik van chemische wapens door Tukhachevsky, in combinatie met de branden die in de hele regio woedden, maakte van een groot deel van Tambov een troosteloos en desolaat gebied. Naar schatting honderdduizend Tambovse boeren die deelnamen aan het verzet en hun familieleden werden gevangen genomen of verbannen. Ongeveer vijftienduizend mensen stierven tijdens de opstand. [7] Later werd Tukhachevsky zelf gemarteld en geëxecuteerd tijdens Stalin’s zuivering van het Rode Leger in de jaren ’30.

De vestiging van de totalitaire dictatuur door het Sovjetregime, het totale verraad van de Russische arbeiders en de latere massamoord op miljoenen gewone burgers werden later door de CCP herhaald als waren het schoolvoorbeelden. Beginnend met haar eigen machtsovername aan het eind van de jaren veertig heeft de CCP catastrofes teweeg gebracht die hun weerga in de Chinese geschiedenis niet kennen.

b. De machtsgreep van de Chinese Communistische Partij

Marxisme en andere linkse ideologieën werden vóór de val van de Qing-dynastie in 1911 vanuit het buitenland in China geïntroduceerd en vonden er ingang onder radicale geleerden en jongeren die wanhopig op zoek waren naar oplossingen voor de gevaren waarmee hun natie werd geconfronteerd.

In de jaren 1910 leidden communistische Chinese activisten de Beweging van de Nieuwe Cultuur om kritiek te leveren op de traditionele cultuur, die zij verantwoordelijk hielden voor de achterlijkheid van China. In 1919 namen de Chinese communisten, met financiële steun van het nieuwe Sovjet-regime, een leidende rol op zich in de Vier Mei Beweging, een reeks studentenprotesten die waren voortgekomen uit de Nieuwe Cultuur Beweging en die gericht waren tegen zowel buitenlandse mogendheden als de Chinese politieke elites.

In april 1920 zonden de bolsjewieken Grigori Voitinski naar China om een plaatselijke communistische organisatie op te richten. In juli 1921 werd de CCP in Shanghai opgericht door Chen Duxiu, Li Dazhao en andere Chinese marxisten.

De nieuwgevormde CCP maakte gebruik van verdoken operaties. In 1923 zond Lenin Michail Borodin om een alliantie tussen de Chinese Nationalistische Partij (Kuomintang) en de Sovjet-Unie tot stand te brengen. Onder de voorwaarden van het partnerschap nam de Kuomintang de ontluikende CCP op als tak van de partij, waardoor de communisten meer mogelijkheden kregen om de Nationalistische zaak te ondermijnen.

Zich ervan bewust dat de CCP probeerde de Kuomintang te coöpteren om de macht te grijpen, begon de nationalistische leider Chiang Kai-shek in 1927 met een zuiveringsactie van de communisten. In de daaropvolgende jaren voerde de Kuomintang verschillende militaire campagnes om de “Sovjet-gebieden” van de CCP in Zuid-China te vernietigen. Deze operaties waren gedeeltelijk succesvol, maar de communisten slaagden erin te ontsnappen naar een nieuw basisgebied in Yan’an, in het noordwesten van China. In de jaren dertig dwong de groeiende dreiging van het keizerlijke Japan de Kuomintang haar campagnes tegen de opstand van de CCP te onderbreken.

De CCP profiteerde optimaal van China’s instabiliteit ten aanzien van de Japanse expansiedrift. Terwijl de Nationalistische strijdkrachten het zwaarste deel van de gevechten te verduren kregen, groeide de CCP in kracht. In 1937, het jaar waarin Japan zijn grootscheepse invasie van China begon, stond het Rode Leger van de CCP op het punt verslagen te worden door de Kuomintang. In 1945, tegen de tijd van China’s overwinning, beschikten de communisten over 1,32 miljoen geregelde troepen en een militieleger van 2,6 miljoen. [8] Na de capitulatie van Japan gebruikte de CCP de dekmantel van de vredesbesprekingen met de Kuomintang om haar troepen op te stellen voor de komende burgeroorlog.

Miljoenen mensen hebben hun leven gegeven op de slagvelden van de Tweede Wereldoorlog, maar het onverwachte resultaat was de bliksemsnelle expansie van het totalitaire communisme. De diplomatieke inspanningen van de CCP tijdens en na de oorlog brachten de Verenigde Staten en de Sovjet-Unie ertoe hun beleid van steun aan de Nationalisten op te geven. In 1949 versloeg de CCP de Kuomintang en stichtte wat het brutaalste totalitaire communistische regime ter wereld zou worden, de Volksrepubliek China (VRC).

Op hun hoogtepunt beheersten de communistische machten een derde van de wereldbevolking, aangezien Rusland en China in hun handen waren, respectievelijk de grootste naties ter wereld qua grootte en qua bevolking. Communistische regeringen strekten zich uit over grote delen van Europa en Azië, en veel landen in Afrika, Zuid-Amerika en Zuidoost-Azië werden klanten of bondgenoten van de Sovjet-Unie of de VRC.

China heeft een brede en diepgaande cultuur met een geschiedenis van vijfduizend jaar. Het volk is doordrongen van een traditie van aanbidding van goden en verering van het goddelijke. Met alleen maar samenzwering kon het communistisch spook de traditionele Chinese cultuur niet vernietigen.

Na de machtsovername en de vestiging van de VRC richtte de CCP zich op de elites van de samenleving, die als de dragers van de traditionele cultuur hadden gefungeerd; zij vernietigde de fysieke artefacten van de Chinese beschaving; en zij verbrak de banden tussen het Chinese volk en zijn goden. Door massamoorden werd het traditionele erfgoed van China vervangen door de cultuur van de Communistische Partij. Met elke generatie die voorbijgaat, raakt de partijcultuur nog dieper geworteld in het wereldbeeld van de Chinezen op het vasteland.

De CCP begon meteen na haar machtsovername vijanden te verzinnen, te beginnen met de elites. Op het platteland slachtte zij landheren en adel af. In de steden vermoordde ze zakenlieden en creëerde een sfeer van terreur terwijl ze de rijkdom van de burgerlijke samenleving plunderde.

Om de boeren ertoe aan te zetten landheren en “rijke boeren” te vermoorden ter ondersteuning van het nieuwe communistische regime, voerde de CCP een zogenaamde landhervorming door die de boeren hun eigen land beloofde. Maar nadat de landeigenaren waren vermoord, beweerde de CCP dat het land aan de boeren zou worden overgedragen in de vorm van coöperatieven. Dit betekende dat het land nog steeds niet van de boeren was.

In maart 1950 vaardigde de CCP de “Richtlijn voor de Strikte Onderdrukking van Contrarevolutionaire Elementen” uit, ook bekend als de “Campagne ter Onderdrukking van Contrarevolutionairen”, die zich richtte op het doden van landheren en rijke boeren op het platteland. De CCP verklaarde dat tegen het einde van 1952 meer dan 2,4 miljoen “contrarevolutionairen” waren geëlimineerd. In feite waren er meer dan vijf miljoen mensen vermoord. [9]

Na het doden van de landheren en rijke boeren op het platteland, lanceerde de CCP de Drie-Anti en Vijf-Anti campagnes om de rijke stedelingen af te slachten. Onder deze druk kozen veel ‘kapitalisten’ ervoor om zelfmoord te plegen samen met al hun familieleden.

De CCP stopte niet met het uitroeien van landheren en kapitalisten. Het beroofde ook de rijkdom van boeren, kleine kooplieden en ambachtslieden. Na deze klassengenocide bleef de overgrote meerderheid van de arbeidersklasse verarmd achter.

2. De wreedheid van het communistische bewind

Hoewel communistische regimes aan de macht komen door middel van bedrog en geweld, worden hun ergste wreedheden begaan in tijden van vrede. Zowel in de Sovjet-Unie als in de VRC werd de revolutie onmiddellijk gevolgd door bloedige politieke campagnes om “klassenvijanden” uit te schakelen, massale hongersnoden, de oprichting van concentratiekampen, meedogenloze zuiveringen van partijkaderleden en terreur onder de bevolking in het algemeen. Soortgelijke wreedheden waren alomtegenwoordig in het communistische blok, en de overgebleven communistische staten in de wereld blijven allemaal repressieve autoritaire regimes.

a. Sovjet communistische gruweldaden

In 1922, nadat de bolsjewieken na afloop van grote militaire campagnes de feitelijke overwinnaars waren geworden in de Russische burgeroorlog, werd de Communistische Partij van de Sovjet-Unie geconfronteerd met een onmiddellijke crisis die zij zelf had veroorzaakt. Het enthousiast uitgevoerde marxistische beleid had in Rusland geleid tot hongersnood op grote schaal, waarbij miljoenen mensen omkwamen. De communistische leiding zag zich gedwongen een groot deel van haar politieke programma terug te draaien – met terugwerkende kracht “oorlogscommunisme” genoemd – en de Nieuwe Economische Politiek (NEP) in te voeren. Dit was een effectieve wapenstilstand met de Russische boerenbevolking, aangezien zij hun eigen land mochten bewerken en gewassen mochten verkopen zonder tussenkomst van de staat.

De Sovjetcommunisten hebben de NEP echter nooit bedoeld als iets anders dan een noodmaatregel om een dreigende opstand af te wenden. Tijdens de hongersnood die het oorlogscommunisme veroorzaakte, merkte een vriend van Lenin op dat de ramp die hij had georkestreerd goed was omdat het “niet alleen het geloof in de tsaar, maar ook in God zou vernietigen”. [10]

Communistische regimes gebruiken terreur en massamoord als middel om hun dictatuur te versterken. In 1928 werd de NEP afgeschaft en vervangen door collectieve boerderijen onder toezicht van het regime. De Russische boeren, die er bezwaar tegen hadden dat hun land en graan in beslag werden genomen, verzetten zich hevig tegen de communistische partij. Hun ongehoorzaamheid zou hen duur komen te staan.

Doden door hongersnood

De meeste slachtoffers van het communisme kwamen om door hongersnoden die door de mens waren veroorzaakt. Tussen 1932 en 1933 stierven miljoenen mensen als gevolg van massale hongersnood, veroorzaakt door de Communistische Partij van de Sovjet-Unie; vooral boeren, in de regio’s Oekraïne, Zuid-Rusland en Centraal-Azië. De hongersnood in Oekraïne, bekend als de Holodomor, kostte het leven aan ongeveer vier miljoen mensen.

Na afloop van de burgeroorlog in 1922 stuitte het door de communistische partij opgelegde systeem van collectieve landbouw op wijdverbreid verzet van de Oekraïense boerenbevolking. Om dit te ondervangen klasseerde het Sovjetregime vele geschoolde boeren onder de denigrerende term “koelakken” en verbande hen naar West-Siberië en de republieken van Centraal-Azië. De verwijdering van deze boeren betekende een enorm verlies voor de Oekraïense landbouw, en in 1932 kelderde de productie.

In de winter van 1932-1933 sloot de Sovjetregering de voedseltoevoer naar Oekraïne af en plaatste veiligheidshekken langs de grenzen. Aanvankelijk overleefden de Oekraïners op de opgeslagen groenten en aardappelen in hun huizen, maar deze werden al snel gevorderd door de partijautoriteiten. Een groot aantal boeren stierf de hongerdood. De autoriteiten verhinderden dorpelingen om naar de steden te reizen op zoek naar voedsel. Veel mensen stierven van de honger toen ze langs de spoorwegen liepen. Uit wanhoop aten de mensen de opgegraven karkassen van katten, honden en vee. Sommigen namen zelfs hun toevlucht tot kannibalisme. [11]

Door de Holodomor hongersnood werden meer dan een miljoen Oekraïense kinderen wees. Velen van hen werden dakloos en hadden geen andere keuze dan in de steden om voedsel te bedelen. Om deze schande te verbergen, ondertekende Stalin orders die de politie toestonden om kinderen vanaf 12 jaar dood te schieten. Tijdens de hongersnood konden overal in de straten van Charkov, de toenmalige hoofdstad van Sovjet-Oekraïne, lijken van hongerslachtoffers worden gezien.

De goelags: Europa’s eerste concentratiekampen

Op 5 september 1918 gaf Lenin opdracht tot de oprichting van het eerste Sovjet-concentratiekamp op de Solovetski-eilanden voor de opsluiting van politieke gevangenen en dissidenten die tegen de Oktoberrevolutie waren. In de daaropvolgende jaren bouwde de Communistische Partij een constellatie van concentratiekampen in de hele Sovjet-Unie – de beruchte goelag-werkkampen van het stalinistische tijdperk. (De term “goelag” is in het Russisch een afkorting van “Hoofdbestuur van Correctieve Werkkampen”).

Het goelagsysteem groeide uit tot een monsterlijke omvang onder het leiderschap van Stalin, toen de Communistische Partij haar politieke terreur opvoerde en steeds grotere zuiveringen uitvoerde. Tegen de tijd van Stalin’s dood in 1953 waren er 170 goelag administraties met meer dan dertigduizend individuele kampen verspreid over de Sovjet Unie, in wat Aleksandr Solzjenitsyn zou beschrijven als “de Goelag Archipel” in zijn bekende boek met dezelfde naam. Solzjenitsyn somde eenendertig verschillende methoden op die de geheime politie van de Sovjet-Unie gebruikte om de wilskracht van hun gevangenen uit te putten en hen te dwingen om welke misdaad dan ook te bekennen. [12]

Degenen die naar de goelags werden gestuurd, leden onder een voortdurend tekort aan voedsel en kleding, terwijl zij gedwongen werden zware arbeid te verrichten gedurende twaalf tot zestien uur per dag in de vrieskou van de Russische winter. Het dodental was enorm. Velen werden met hun hele familie gevangen gezet, waarbij echtgenoten werden opgesloten en echtgenotes verbannen. Zelfs bejaarden, sommigen al in de 80, werden niet gespaard. De veroordeelden varieerden van hooggeplaatste elites van de Partij, staatsleiders en militaire commandanten tot volstrekt gewone burgers uit alle lagen van de bevolking, waaronder religieuze gelovigen, ingenieurs, technici, artsen, studenten, professoren, fabrieksarbeiders en boeren.

Volgens voorzichtige schattingen zijn meer dan een half miljoen gevangenen omgekomen in het goelagsysteem tussen 1930 en 1940, tijdens de jaren van Stalins vooroorlogse terreur. Het systeem werd formeel opgeheven in 1960. Hoewel de werkelijke aantallen onbekend blijven, wordt aangenomen dat 18 miljoen mensen in de goelags gevangen hebben gezeten en dat meer dan 1,5 miljoen mensen zijn omgekomen.

Concentratiekampen worden meestal beschouwd als een nazi-creatie, maar het was het Sovjet goelagsysteem dat de voorloper was van andere gelijkaardige vormen van repressie over de hele wereld, zowel in communistische als in niet-communistische regimes. Volgens de voormalige Sovjet militaire inlichtingenofficier en populaire historicus Viktor Suvorov, stuurde Adolf Hitler voor de Tweede Wereldoorlog Gestapo officieren naar Rusland om een rondleiding te krijgen in de goelags en te leren van de ervaring die de Sovjets hadden opgedaan met het runnen van deze kampen.

De Grote Terreur tegen de Sovjet elite

Aanhangers van het communistisch spook zijn ook gedoemd het slachtoffer ervan te worden. Dit speelde zich af tijdens het stalinistische tijdperk, toen de Communistische Partij bloedige zuiveringen doorvoerde in haar eigen gelederen. Na Lenins dood richtte Stalin zijn pijlen op de hoogste gelederen van de communistische leiding.

De repressie bereikte een hoogtepunt tussen 1936 en 1938, toen miljoenen partijleden en Sovjetfunctionarissen terechtstonden wegens bespottelijke beschuldigingen, in een wrede episode die bekend staat als de Grote Terreur. Honderdduizenden werden doodgeschoten, vaak nadat ze onder foltering volledige bekentenissen hadden afgelegd.

Van de 1.966 afgevaardigden naar het Zeventiende Congres van de Communistische Partij van de Unie in 1934 werd meer dan de helft (1.108) gearresteerd op beschuldiging van contrarevolutionaire activiteiten. Van de 139 leden en kandidaat-leden van het Centraal Comité die tijdens het Zeventiende Congres werden gekozen, werden er 110 vermoord. [13] Lavrenty Beria, Stalin’s chef van de geheime politie, zei eens: “Toon mij de man en ik zal de misdaad voor je vinden.” Na de dood van Lenin in 1924, werden alle overblijvende leden van het Politburo – Lev Kamenev, Grigorij Zinovjev, Aleksej Rykov, Michail Tomski, en Leon Trotski – geëxecuteerd of vermoord tegen 1940, met uitzondering van Stalin.

Tijdens de Grote Terreur en andere stalinistische zuiveringen werd geen enkel deel van de samenleving gespaard. Onderdrukking op religieus, wetenschappelijk, educatief, academisch en artistiek gebied ging vooraf aan de zuiveringen die de militaire en politieke elite uitmoordden. Maar de belangrijkste slachtoffers van Stalin’s terreur waren gewone mensen, waaronder niet alleen familieleden en vrienden van de beschuldigden, maar ook arbeiders en andere gewone Sovjetburgers die werden beschuldigd van en gestraft voor volledig fictieve misdaden.

Ook de beulen zelf ontsnapten niet aan de Terreur: Genrik Jagoda, hoofd van de geheime politie tot 1936, werd in 1937 gearresteerd en het jaar daarop doodgeschoten. Zijn vervanger, Nikolai Jezjov, verloor in 1939 zijn positie en macht nadat hij leiding had gegeven aan de bloedigste ronde van interne zuiveringen. Hij werd doodgeschoten in een executiekamer die volgens zijn eigen specificaties was ontworpen.

Tot op de dag van vandaag zijn er geen antwoorden op de vraag hoeveel mensen er tijdens de terreur van het Stalin-tijdperk zijn gearresteerd, gedood, gevangengezet of verbannen. In juni 1991, aan de vooravond van de ontbinding van de Sovjet-Unie, verklaarde Vladimir Kryuchkov, hoofd van de geheime politie van de KGB, dat tussen 1920 en 1953 ongeveer 4,2 miljoen mensen “onderdrukt” werden – waarvan 2 miljoen alleen al tijdens de Grote Terreur. [14] Aleksandr Jakovlev, een hervormingsgezind politicus in het Sovjet- en Jeltsin-tijdperk, zei in een interview in 2000 dat er minstens 20 miljoen slachtoffers waren van de stalinistische onderdrukking. [15]

b. De dodelijke campagnes van de CCP

Dodelijke en traumatische politieke inquisities zijn kenmerkend geweest voor de Chinese communistische beweging zelfs nog voordat deze in 1949 de macht over het Chinese vasteland had gegrepen. In 1942, toen de CCP zich in het noordwesten van China verschanste, lanceerde Mao Zedong de Yan’an Rectificatiebeweging. Partijkaderleden werden op schokkende wijze behandeld, onder meer met folteringen, opsluiting en “gedachten hervorming”, zogenaamd om degenen met onvoldoende ideologische loyaliteit uit te roeien. Duizenden werden gedood tijdens de beweging, die de eerste massale politieke campagne van de CCP was.

Van 1949 – het jaar waarin het regime van de VRC werd ingesteld – tot 1966 hebben tientallen miljoenen Chinezen het leven verloren in de campagne om contrarevolutionairen te onderdrukken, de Drie-Anti en Vijf-Anti campagnes, de Anti-Rechtse Campagne, en de grote hongersnood die werd veroorzaakt door de campagne van de Grote Sprong Voorwaarts.

Deze periode van massamoorden werd gevolgd door bloedige gevechten binnen de gelederen van de CCP. Toen een nieuwe generatie Chinezen – opgevoed tot atheïstische “wolvenjongen”, geïndoctrineerd in het onderwijs en de partijcultuur van het communisme – volwassen werd, lanceerde het communistisch spook een campagne van nog ongebreidelder moorden en vernietiging om vijfduizend jaar traditionele Chinese cultuur weg te vagen.

De Culturele Revolutie was de laatste en in sommige opzichten de meest destructieve politieke campagne van het Mao-tijdperk. De Culturele Revolutie, die in 1966 begon en het laatste decennium van Mao’s leven besloeg, had tot doel de traditionele Chinese cultuur op gewelddadige wijze te vervangen door de Partijcultuur.

De grote Chinese hongersnood

Tussen 1959 en 1962 beleefde China de dodelijkste hongersnood ter wereld. Om de wereld te misleiden, beweert de CCP nog steeds dat het drie jaar lang met “natuurrampen” te kampen had.

In feite was de CCP in 1958 overhaast begonnen met de Commune Van Het Volk beweging en de Grote Sprong Voorwaarts. Deze wilde plannen, die de graanvoorraden uitputten en de Chinese landbouwproductie decimeerden, werden ondersteund door een stortvloed van valse berichten over recordoogsten die werden geproduceerd door ambtenaren op alle bestuursniveaus, van het platteland tot de steden. De CCP gebruikte deze berichten als rechtvaardiging voor het innen van graan bij de boeren, die gedwongen werden hun voedsel, zaden en veevoeder bij het regime in te leveren.

De bestuursorganen van de CCP stuurden op alle niveaus teams naar het platteland. Zij gebruikten martelingen en ondervragingen om de laatste hap voedsel uit de ongelukkige boeren te persen. Naar het voorbeeld van de Sovjet-communisten verhinderde de CCP dorpelingen de steden binnen te gaan op zoek naar voedsel, waardoor gezinnen en zelfs hele dorpen massaal omkwamen. De lijken van de slachtoffers van de hongersnood lagen verspreid over het platteland. Als boeren betrapt werden op diefstal om te overleven, werden ze gedood. Kannibalisme was wijdverbreid.

Het graan dat door de regering in beslag werd genomen, werd verhandeld voor grote hoeveelheden Sovjet-wapens of voor goud dat de CCP gebruikte om schulden af te lossen, terwijl ze geen oog had voor het verlies van Chinese levens. In slechts drie jaar tijd heeft de Grote Hongersnood tientallen miljoenen mensen weggevaagd.

De Culturele Revolutie: slachting en culturele genocide

De Culturele Revolutie herhaalde de razernij van de rectificatiebeweging van Yan’an op nationale schaal, waarbij fanatieke jongeren werden aangemoedigd om te slaan, te martelen en te moorden om de zogenaamde “vier ouden” – oude gebruiken, oude cultuur, oude gewoonten en oude ideeën – van China te vernietigen.

Op 16 mei 1966 publiceerde de CCP wat later de “16 mei-mededeling” zou gaan heten, die het begin van de Culturele Revolutie zou inluiden. In augustus, met de kinderen van hooggeplaatste CCP-kaderleden voorop, vormden studenten van middelbare scholen in Peking een bende Rode Gardisten. De menigte ging op rooftocht door heel Peking, in een roes van plunderingen, aanslagen en moorden. Tegen het einde van de maand, die bekend staat als Rode Augustus, waren duizenden mensen in Peking vermoord.

In het Beijing district Daxing werden tussen 27 augustus en 1 september 325 mensen gedood, verdeeld over achtenveertig productiebrigades van dertien volkscommunes. De slachtoffers varieerden in leeftijd van slechts achtendertig dagen oud tot tachtig jaar oud, en tweeëntwintig families werden volledig weggevaagd. De Rode Gardisten knuppelden, staken of wurgden hun slachtoffers. Zij doodden zuigelingen en peuters door op één van hun benen te gaan staan en het kind in tweeën te scheuren. [16]

Terwijl het spook van het communisme de mensen ertoe aanzette te slaan en te doden, wiste het hun menselijk mededogen uit, door hen te hersenspoelen met slogans als “behandel de vijand met de gevoelloze wreedheid van de strenge winter”. Met elke misdaad tegen de menselijkheid verdrong de CCP de traditionele cultuur en morele deugdzaamheid van de Chinezen. Door de cultuur van de Partij werden veel mensen werktuigen van moord.

Wanneer zij geconfronteerd worden met de bloeddorstige daden van het totalitaire communistische regime, begrijpen de meeste mensen niet hoe iemand tot zo’n onmenselijke barbaarsheid kon vervallen.

Het schatten van het aantal slachtoffers van de Culturele Revolutie is een zware taak. De meeste studies gaan uit van een minimum dodental van twee miljoen. R.J. Rummel, een Amerikaanse professor die onderzoek heeft gedaan naar massamoorden, schreef in zijn boek China’s Bloody Century: Genocide and Mass Murder Since 1900 dat de Culturele Revolutie het leven heeft gekost aan 7,73 miljoen mensen. [17]

Dong Baoxun, universitair hoofddocent aan de Shandong Universiteit van China, en Ding Longjia, adjunct-directeur van het Shandong Party History Research Office, zijn co-auteurs van het in 1997 verschenen boek Exonerate the Innocent: Rehabilitate the Wrongly Accused and Sentenced. Daarin wordt Ye Jianying geciteerd, destijds vice-voorzitter van het Centraal Comité van de CCP, die tijdens de slotceremonie van de Centrale Werkconferentie op 13 december 1978 de volgende verklaringen aflegde: “Twee jaar en zeven maanden van uitvoerig onderzoek door het Centraal Comité hebben uitgewezen dat tijdens de Culturele Revolutie twintig miljoen mensen zijn omgekomen, dat meer dan honderd miljoen mensen het slachtoffer zijn geworden van politieke vervolging, … en dat 800 miljard yuan is verspild.” [18]

In augustus 1980 gaf CCP-leider Deng Xiaoping twee interviews aan de Italiaanse journaliste Oriana Fallaci, waarin hij beschreef hoe moeilijk het was om de verwoestingen van de Culturele Revolutie in cijfers uit te drukken:

“De mensen waren verdeeld in twee facties die elkaar afslachtten. … Het is moeilijk in te schatten omdat ze door allerlei oorzaken stierven. Bovendien, China is zo’n groot land. Maar luister: er stierven zoveel mensen dat het aantal doden, zelfs als er geen andere tragedies hadden plaatsgevonden, genoeg zou zijn om te zeggen dat de Culturele Revolutie verkeerd was om te doen.” [19]

Deng beschreef een typisch geval: Kang Sheng, het hoofd van de geheime politie van de CCP, beschuldigde de partijsecretaris van de provincie Yunnan, Zhao Jianmin, van verraad en beschuldigde hem ervan een agent van de Kuomintang te zijn. Zhao werd niet alleen gevangengezet, maar zijn ondergang had ook gevolgen voor 1,38 miljoen mensen in de hele provincie, van wie er 170.000 tot de dood werden vervolgd en 60.000 tot invaliditeit werden geslagen. [20]

Ongekend kwaad: de vervolging van Falun Gong

Tientallen jaren van moorddadig geweld en atheïstische indoctrinatie door de CCP hebben een zware tol geëist van het morele weefsel van de samenleving, waardoor de moraliteit is gezakt tot ver beneden de normen die het goddelijke van de mensheid eist. Zelfs velen van hen die nog in het goddelijke geloven kennen het ware geloof niet, omdat zij gevangen zitten in de schijnreligieuze organisaties die door de CCP worden gecontroleerd. Indien de situatie verder blijft degenereren, gaat de mensheid een zekere ondergang tegemoet, zoals voorspeld in de heilige teksten van elke oude beschaving.

Maar het spook van het communisme is erop uit om te voorkomen dat de mens gered wordt door de Schepper. Daarom vernietigde het de traditionele culturen en corrumpeerde het de menselijke morele waarden.

Om de menselijke moraal te herstellen en een weg naar verlossing aan te bieden, begon Mr. Li Hongzhi in het voorjaar van 1992 Falun Gong – een spirituele praktijk die gebaseerd is op het geloof in de principes van waarachtigheid, mededogen en verdraagzaamheid – te onderwijzen aan het publiek.

Falun Gong, ook Falun Dafa genoemd, heeft zich in een paar jaar tijd over China verspreid. Beoefenaars, hun verwanten en hun kennissen ervaarden de wonderen van verbeterde gezondheid en inborst en zowel in China als over de hele wereld begonnen tientallen miljoenen mensen met de beoefening ervan. Met zoveel mensen die cultivatie beoefenden in Falun Gong en zichzelf aan hogere standaarden hielden, begon de samenleving haar morele waarden te herontdekken.

Sinds ze de macht heeft gegrepen, heeft de CCP haar vervolging van spiritueel geloof nooit versoepeld. Van nature beschouwt zij Falun Gong als haar grootste tegenstander.

In juli 1999 gaf de toenmalige leider van de CCP, Jiang Zemin, eenzijdig opdracht tot de systematische vervolging van Falun Gong en haar beoefenaars. In een meedogenloze campagne die alle hoeken van China bereikte, paste de CCP alle denkbare methoden toe in haar pogingen om te voldoen aan Jiang’s richtlijn om hen “fysiek te doden, financieel failliet te laten gaan en hun reputatie te ruïneren”.

De spreekbuizen van de partij onderwierpen het Chinese volk aan voortdurende propaganda vol haat en laster jegens Falun Gong, waarbij de beginselen van waarachtigheid, mededogen en verdraagzaamheid werden verworpen ten gunste van leugenachtigheid, boosaardigheid en strijd. Het spook bracht de samenleving tot nieuwe dieptepunten van morele degeneratie. In een atmosfeer van gereactiveerde haat en repressie keek het Chinese volk weg van de vervolging die om hen heen plaatsvond, en verraadde Boeddha’s en het goddelijke. Sommigen lieten hun geweten in de steek en namen deel aan de campagne tegen Falun Gong, zich niet bewust van het feit dat zij daarmee zichzelf verdoemden.

Het communistisch spook beperkte de vervolging niet tot China. Het legde de naties van de vrije wereld het zwijgen op, terwijl het Chinese regime zich bezighield met uitzinnige opsluitingen, moorden en martelingen van Falun Gong beoefenaars. Verzadigd door economische stimulansen, bleef de vrije wereld stil of accepteerde zelfs de leugens van de Partij, waardoor de vervolgers vrij spel kregen om de ergste misdaden te begaan.

Bij de vervolging van Falun Gong heeft de CCP een nooit eerder gezien kwaad geïntroduceerd: het roven van organen van levende mensen. Als de grootste groep mensen die in China omwille van hun geloof gevangen worden gehouden, worden Falun Gong beoefenaars op afroep gedood, levend opengesneden op de operatietafels van staats- en militaire ziekenhuizen, en worden hun organen verkocht voor tienduizenden of zelfs honderdduizenden dollars.

Op 6 juli 2006 publiceerden de Canadese juristen David Matas en David Kilgour (voormalig Canadees staatssecretaris voor Azië en de Stille Oceaan) een rapport getiteld Report Into Allegations of Organ Harvesting of Falun Gong Practitioners in China. Door achttien soorten bewijs te onderzoeken, werpen zij licht op de monstruositeit van de CCP en noemen het “een groteske vorm van kwaad … nieuw op deze planeet.” [21]

Matas en Kilgour, samen met onderzoeksjournalist Ethan Gutmann, werkten samen met een team van internationale onderzoekers aan de publicatie Bloody Harvest/The Slaughter: An Update in juni 2016. Het rapport, dat meer dan 680 pagina’s beslaat en meer dan 2.400 referenties bevat, bewees zonder enige twijfel de realiteit en de omvang van de levende orgaanoogst die door het Chinese communistische regime wordt uitgevoerd.

Op 13 juni 2016 heeft het Amerikaanse Huis van Afgevaardigden unaniem Resolutie 343 aangenomen, waarin wordt geëist dat de CCP onmiddellijk een einde maakt aan het gedwongen wegnemen van organen bij Falun Gong-beoefenaars en andere gewetensgevangenen. [22]

In juni 2019 concludeerde een onafhankelijk volkstribunaal in Londen, na een onderzoek van een jaar, unaniem dat gewetensgevangenen in China “op aanzienlijke schaal” zijn – en nog steeds worden – gedood voor hun organen. [23] Het tribunaal werd voorgezeten door Sir Geoffrey Nice QC, die eerder de vervolging leidde van de voormalige Joegoslavische president Slobodan Milošević voor zijn oorlogsmisdaden in Kosovo. Het tribunaal concludeerde voorts dat aanhangers van Falun Gong een van de belangrijkste bronnen van organen zijn geweest voor de transplantatie-industrie van het Chinese regime. Deze lucratieve handel heeft de steun voor de vervolging van Falun Gong in stand gehouden en klanten uit China en de hele wereld aangetrokken, waardoor zij medeplichtig zijn geworden aan de massamoord van de CCP.

3. Een eeuw van moorden

In de inleiding van The Black Book of Communism worden ruwe schattingen gegeven van de dodentol van communistische regimes over de hele wereld. Het verifieerde een cijfer van vierennegentig miljoen, waaronder de volgende:

  • 65 miljoen in China
  • 20 miljoen in de Sovjet-Unie
  • 2 miljoen in Noord-Korea
  • 2 miljoen in Cambodja
  • 1,7 miljoen in Afrika
  • 1,5 miljoen in Afghanistan
  • 1 miljoen in Vietnam
  • 1 miljoen in Oost-Europa
  • 150.000 in Latijns-Amerika (vooral Cuba)
  • 10.000 vanwege “de internationale communistische beweging en de communistische partijen die niet aan de macht zijn.” [24]

Afgezien van Rusland en China hebben kleinere communistische regimes zich niet minder bereid getoond tot het begaan van absoluut kwaad. De genocide in Cambodja was het meest extreme incident van massamoord dat door een communistische staat is uitgevoerd. Volgens verschillende schattingen heeft het Rode Khmer-regime van Pol Pot tussen de 1,4 en 2,2 miljoen Cambodjanen vermoord – dat is een derde van de toenmalige Cambodjaanse bevolking.

Tussen 1948 en 1987 hebben de Noord-Koreaanse communisten meer dan 1 miljoen van hun eigen mensen gedood door dwangarbeid, executies en opsluiting in concentratiekampen. Volgens schattingen op basis van Noord-Koreaanse volkstellingsgegevens stierven in de jaren negentig ten minste 220.000 mensen door hongersnoden. In totaal, gebaseerd op de Noord-Koreaanse gegevens, stierven tussen 1993 en 2008 tussen de 600.000 en 850.000 mensen een onnatuurlijke dood. [25] Andere schattingen schatten het werkelijke aantal van alleen al door de hongersnood omgekomen mensen tussen de 1 miljoen en 3,5 miljoen. Nadat Kim Jong Un aan de macht kwam, pleegde hij meer openlijke moorden, waarbij onder meer hooggeplaatste ambtenaren en zijn eigen familieleden het slachtoffer werden. Kim heeft de wereld ook bedreigd met een nucleaire oorlog.

In slechts één eeuw, sinds de opkomst van het eerste communistische regime in Rusland, heeft het spook van het communisme meer mensen vermoord in de landen onder zijn bewind dan het dodental van beide wereldoorlogen samen. De geschiedenis van het communisme is een geschiedenis van moord en elke bladzijde is volgeschreven met het bloed van zijn slachtoffers.

Hoofdstuk tweeHoofdstuk vier

Referenties

1. US Congress, House, “Remembering the Victims of Communism,” opmerkingen van Rep. Christopher Smith, 115e Congres, 1e sess., Congressional Record 163 (13 november 2017) https://www.congress.gov/congressional-record/2017/11/13/extensions-of-remarks-section/article/E1557-2.

2. Stéphane Courtois e.a., eds., The Black Book of Communism: Crimes, Terror, Repression, trans. Jonathan Murphy en Mark Kramer (Cambridge, MA: Harvard University Press, 1999).

3. Richard Pipes, The Russian Revolution (New York: Vintage Books, 1991), 411.

4. Winston Churchill, The World Crisis, Vol. 5: The Unknown War (Londen: Bloomsbury Academic, 2015).

5. Robert Service, Lenin, a Biography (Cambridge, MA.: Harvard University Press, 2000), 365.

6. Courtois e.a., eds., The Black Book, 177.

7. Robert Gellately, Lenin, Stalin and Hitler: The Age of Social Catastrophe (New York: Knopf Publishing Group, 2007), 75.

8. “Zhongguo Gongchandang da shiji. 1945 nian” 中国共产党大事记-1945年 [“A Chronicle of Key Events of the Chinese Communist Party 1945”], News of the Communist Party of China, geraadpleegd op 16 april 2020, http://cpc.people.com.cn/GB/64162/64164/4416000.html. [In het Chinees].

9. Frank Dikötter, The Tragedy of Liberation: A History of the Chinese Revolution 1945–1957 (Londen: Bloomsbury Press, 2013).

10. Martin Amis, Koba the Dread: Laughter and the Twenty Million (New York: Vintage Books, 2003).

11. Roy Medvedev, Let History Judge: The Origins and Consequences of Stalinism, trans. George Shriver (New York: Columbia University Press, 1989), 240-245.

12. Aleksandr Solzjenitsyn, The Gulag Archipelago 1918-1956: An Experiment in Literary Investigation, Books I-II, trans. Thomas P. Whitney (New York: Harper & Row, 1973).

13. Medvedev, Let History Judge, 396.

14. Reuters, “4.2 Million Were Victims of Purges, KGB Chief Says,” Los Angeles Times, June 15, 1991, https://www.latimes.com/archives/la-xpm-1991-06-15-mn-496-story.html.

15. Alexander Jakovlev, Yakeliefu fangtan lu 1992-2005 雅科夫列夫訪談錄(1992-2005) [Aleksandr Jakovlev: Selected interviews (1992-2005)], trans. Chinese Academie van Sociale Wetenschappen, 234. [In het Chinees].

16. Wen Yuluo 遇罗文, “Daxing tusha diaocha” 大兴屠杀调查 [“An Investigation of the Beijing Daxing Massacre”] in Wen Ge da tusha 文革大屠殺  [Massacres in the Cultural Revolution], ed. Song Yongyi 宋永毅 (Hong Kong: Kaifang zazhishe, 2002), 13-36. [In Chinees]

17. R. J. Rummel, China’s Bloody Century: Genocide and Mass Murder Since 1900 (New York: Routledge, 2017), 253.

18. Dong Baoxun 董宝训 en Ding Longjia 丁龙嘉, Chen yuan zhao yun-pingfan yuan jia cuo an 沉冤昭雪-平反冤假錯案 [Exonerate the Innocent: Rehabilitate the Wrongly Accused and Sentenced] (Hefei: Anhui Renmin Chubanshe, 1998), 1. [In het Chinees].

19. Oriana Fallaci, “Deng: Cleaning Up Mao’s ‘Feudal Mistakes,'” The Washington Post, 31 augustus 1980, https://www.washingtonpost.com/archive/opinions/1980/08/31/deng-cleaning-up-maos-feudal-mistakes/4e684a74-8083-4e43-80e4-c8d519d8b772.

20. Ding Longjia 丁龙嘉 en Ting Yu 听雨, Kang Sheng yu Zhao Jianmin yuan’an 康生与赵健民冤案 [Kang Sheng and the Unjust Case of Zhao Jianmin] (Beijing: Renmin Chubanshe, 1999), waarnaar verwezen wordt in Hu Angang, Mao and the Cultural Revolution, ed. W. H. Hau (Honolulu: Enrich Professional Publishing, Inc., 2016), 2:98.

21. David Matas en David Kilgour, Bloody Harvest: The Killing of Falun Gong for Their Organs (Ontario: Seraphim Editions, 2009), 13.

22. US Congress, House, Expressing concern regarding persistent and credible reports of systematic, state-sanctioned organ harvesting from non-consenting prisoners of conscience in the People’s Republic of China, including from large numbers of Falun Gong practitioners and members of other religious and ethnic minority groups, HR 343, 114th Cong., 2nd sess., introduced in House June 25, 2015, https://www.congress.gov/bill/114th-congress/house-resolution/343.

23. China Tribunal: Independent Tribunal into Forced Organ Harvesting from Prisoners of Conscience in China, “China Tribunal: Final Judgment 17th June,” 1 maart 2020, https://chinatribunal.com/final-judgment.

24. Courtois e.a., eds., The Black Book, 4.

25. Thomas Spoorenberg en Daniel Schwekendiek, “Demographic Changes in North Korea: 1993-2008,” Population and Development Review, 21 maart 2012, geraadpleegd via Wiley Online Library, https://onlinelibrary.wiley.com/doi/abs/10.1111/j.1728-4457.2012.00475.x.

中文正體